Demissionair kabinet mag door met HR-wetsvoorstellen

Het demissionaire kabinet Schoof mag doorgaan met alle lopende en geplande wetsvoorstellen en regelgeving op het gebied van arbeid. De Tweede Kamer heeft op 25 juni geen enkel onderwerp op het terrein van Sociale Zaken en Werkgelegenheid controversieel verklaard. Dat betekent dat de parlementaire behandeling gewoon doorgaat van de Wet meer zekerheid flexwerkers en de Initiatiefwet invoering rouwverlof.

Vermoedelijk uitstel

Wel is de verwachting dat grootse plannen voor een nieuw verlofstelsel of een nieuw arbeidsongeschiktheidsstelsel niet meer onder dit kabinet aan bod komen. En het is de vraag of dit demissionaire kabinet zich nog (meer) wil branden aan het begrip arbeidsrelatie met de Wet verduidelijking beoordeling arbeidsrelaties (Vbar) en de Zelfstandigenwet, een alternatief initiatief vanuit de Tweede Kamer. De recente handhaving door de Belastingdienst van de oude Wet deregulering beoordeling arbeidsrelaties is erg aan discussie onderhevig.

Controversieel verklaren

Na elke val van een kabinet vergadert de Tweede Kamer over welke onderwerpen wel en niet meer behandeld worden door het demissionaire kabinet. Is er een meerderheid voor het blokkeren van de behandeling van een politiek gevoelig onderwerp, dan verklaart de Tweede Kamer dat onderwerp controversieel. Het onderwerp komt dan niet op de Kameragenda tot er een nieuw kabinet is. Door iets controversieel te verklaren voorkomt de Tweede kamer dat een demissionair kabinet over zijn graf heen regeert.

Eerste Kamer

Behalve de Tweede Kamer kan ook de Eerste Kamer onderwerpen controversieel verklaren. Maar dat is tot nu toe nog niet gebeurd. Dat betekent dat de alle door de Tweede Kamer aangenomen wetsvoorstellen ook in de Eerste Kamer behandeld kunnen worden. Het gaat dan om de Wet toelating terbeschikkingstelling arbeidskrachten (Wtta), de Wet implementatie EU-richtlijn toereikende minimumlonen en de al eerder uitgestelde Wet herziening bedrag ineens. De behandeling van de al heel lang bij de Eerste Kamer liggende Wet verplichtstelling vertrouwenspersoon ongewenst gedrag zal hier vermoedelijk niet bij horen.