Van Rij: vaste vergoeding autokilometers naast fiets van de zaak mag

Het wordt makkelijker om autokilometers onbelast te vergoeden van werknemers die zowel met een fiets van de zaak als met de eigen auto naar het werk komen. Tot nu toe moest daarvoor elke reisbeweging worden geadministreerd, maar dat hoeft niet meer. Werkgevers en werknemers kunnen voortaan individueel afspreken hoeveel dagen per week er met de eigen auto en de fiets van de zaak wordt gereisd. Op basis daarvan is dan een vaste onbelaste autokilometervergoeding mogelijk. Dat schrijft staatssecretaris van Financiën Marnix van Rij in een brief aan de Tweede Kamer van 6 februari.

Principe blijft

Het principe blijft hetzelfde: op de dagen dat de werknemer met de fiets van de zaak reist, mag er geen onbelaste reiskostenvergoeding worden verstrekt. Op de dagen dat de werknemer met de eigen auto reist, kan wel een onbelaste reiskostenvergoeding à € 0,21 per kilometer worden verstrekt. Maar de uitwerking in een vaste onbelaste vergoeding op basis van een vastgelegde verdeling van reisdagen met auto en fiets per week mag nu ook. En een incidentele afwijking van deze afspraak hoeft volgens Van Rij niet meer te leiden tot een aanpassing van de vergoeding.

Instemming ondernemingsraad

Vooral het bijhouden van de werkelijke gemaakte ritten per auto en fiets leiden tot zoveel administratief gedoe, dat veel werkgevers terugdeinzen voor een regeling voor een fiets van de zaak. De werkgever betaalt daarbij de kosten van de fiets. De werknemer krijgt een forfaitaire bijtelling bij het loon van 7% van de waarde (inclusief omzetbelasting) van de fiets na aftrek van een eventuele afgesproken eigen bijdrage voor het privégebruik. Voor het instellen of wijzigen van een regeling fiets van de zaak is de instemming van de OR nodig.