Risico-inventarisatie en -evaluatie (RI&E)
Een van de belangrijkste speerpunten van de ondernemingsraad is toezien op gezond en veilig werken. Het belangrijkste instrument om dat te doen is de Risico-inventarisatie en -evaluatie (RI&E). Het is een wettelijke verplichting voor elke organisatie om een actuele RI&E te hebben. Ondernemingsraden en personeelsvertegenwoordigingen hebben volgens artikel 27 van de Wet op de Ondernemingsraden instemmingrecht bij het opstellen en vaststellen van RI&E en bijbehorend Plan van Aanpak.
Doel
Het doel van een RI&E is de arbeidsrisico’s in kaart brengen. Als je weet welke dat zijn en hoe je ze kan voorkomen, voorkom je uitval door ongelukken en ziekte. In het bijbehorende Plan van Aanpak staat op welke wijze risico’s kunnen worden beperkt of voorkomen. Een actuele RI&E met het Plan van Aanpak zijn wettelijk verplicht. De arbeidsinspectie controleert steekproefsgewijs of organisaties een actuele RI&E en Plan van Aanpak hebben.
Eisen aan de RI&E
De RI&E moet aan bepaalde eisen voldoen. Zo bevat elke RI&E:
- een overzicht van de risico’s die het werk met zich meebrengt inclusief de benoeming van de onderliggende oorzaken van elk risico;
- een beschrijving van de gevaren en de risico-beperkende maatregelen;
- een overzicht van de risico’s voor bijzondere categorieën werknemers, zoals jeugdige werknemers en zwangere werknemers of medewerkers die borstvoeding geven.
TIP: Ook actuele zaken zoals thuiswerken en seksuele intimidatie moeten een plek krijgen in de RI&E. Is er sprake van structureel thuiswerken dan moet een werkgever in de RI&E de arbeidsrisico’s van het thuiswerken in kaart brengen, zoals fysieke en psychosociale arbeidsbelasting (PSA). Dat geldt ook voor seksuele intimidatie, voortaan ook aangemerkt als vorm van PSA. De risico’s daarop moeten dus ook in de RI&E.
Hoe maak je een RI&E?
De bestuurder is verantwoordelijk voor het in kaart brengen van arbeidsrisico’s en het ontwikkelen van het beleid voor een veilige en gezonde werkomgeving. En voor het opstellen van een RI&E. Dat kan op verschillende manieren:
- Is jouw organisatie lid van een branchevereniging, dan kunnen jullie gebruik maken van het RI&E-instrument van de branchevereniging. Deze hoeft de bestuurder niet te laten toetsen door een arbodeskundige.
- De bestuurder kan ook gebruik maken van de applicatie ‘Route naar RI&E’ van het Steunpunt RI&E. Met deze app zijn alle stappen te doorlopen die nodig zijn bij het maken van een volledige RI&E. Na het doorlopen van deze stappen is er een goede basis voor de RI&E. Die moet nog wel getoetst worden door een gecertificeerde arbodeskundige.
- Een derde manier is tegen een vergoeding een arbeidsdeskundige opdracht geven een RI&E en Plan van Aanpak te laten opstellen. Het voordeel is dat deze RI&E niet meer getoetst hoeft te worden, nadeel is dat de organisatie soms minder betrokken is bij het proces.
- De bestuurder kan ook zelf een RI&E maken door bijvoorbeeld met de preventiemedewerker, OR of PVT de risico’s binnen de organisatie in kaart te brengen. Deze RI&E moet nog wel langs een gecertificeerde arbodeskundige.
TIP: De toetsing van de RI&E kost geld en moet worden gedaan door een gecertificeerde arbodeskundigen. Laat de bestuurder voor toetsing offertes bij meerdere arbodeskundigen opvragen. Als er een contract is met een gecertificeerde arbodienst, is toetsing vaak al inbegrepen. Toetsing is niet nodig als jullie organisatie een branchevoorbeeld gebruikt of zelf een erkende arbodeskundige de RI&E op laat stellen.
Risico-inventarisatie
Een makkelijke manier om de verschillende risico’s voor uw organisatie in kaart te brengen is om deze te categoriseren. Bij een bouwbedrijf lopen medewerkers andere risico’s dan op een standaard kantoor. Verschillende typen risico’s zijn:
- psychosociale risico’s: emotioneel zwaar werk, werkdruk, stress, agressie op het werk, onregelmatige werktijden, nachtdiensten;
- fysieke risico’s: denk aan tillen, kracht zetten, werken in een ongemakkelijke houding, lang staan, trillingen, langdurig beeldschermwerk;
- veiligheidsrisico’s: valgevaar, risico op verwonding, aanrijdgevaar, werken met gevaarlijke stoffen of straling, werken in de kou of hitte, werken in een lawaaierige omgeving.
TIP: Bij arbeidsrisico’s denken veel mensen aan fysieke risico’s als het tillen van zware spullen. Maar de meest voorkomende risico’s zijn de risico’s van psychosociale, arbeidsbelasting (PSA), zoals werkstress en pesten op de werkvloer. Dit kan emotioneel zwaar zijn en effect hebben op de productiviteit en het welzijn van uw werknemers. Zorg dat hier in de RI&E aandacht voor is.
TIP: Werken jullie met gevaarlijke stoffen in de organisatie? Sinds 1 januari 2023 is er dan een Aanvullende Risico-Inventarisatie & -Evaluatie (ARIE) nodig. Daarnaast moeten ARIE-plichtige bedrijven zich aanmelden bij de Nederlandse Arbeidsinspectie.
Plan van Aanpak
De risico’s met de meest zware gevolgen komen bovenaan te staan en moeten als eerst worden aangepakt. Dit zijn dus de belangrijkste hoofdstukken in het Plan van Aanpak, die volgt op de RI&E. In het Plan van Aanpak staan alle maatregelen die je neemt om de gevolgen van de risico’s zo veel mogelijk te beperken. Denk aan het regelen van gehoorbescherming bij geluidsoverlast of het verzorgen van goede richtlijnen voor werknemers die veel achter een computer werken.
Preventiemedewerker
Elke organisatie met meer dan 25 werknemers moet ook een preventiemedewerker aanstellen. Dat is een medewerker die speciaal is belast met de uitvoering van het arbobeleid. Meestal is het iemand van de werkvloer. Bij minder dan 25 werknemers mag de werkgever ook zelf de rol van preventiemedewerker op zich nemen. De wettelijke taken van de preventiemedewerker zijn:
- het (mede) opstellen en uitvoeren van de (RI&E), met betrokkenheid van de medezeggenschap;
- het overleggen met de ondernemingsraad of personeelsvertegenwoordiging over de te nemen maatregelen voor een goed arbeidsomstandighedenbeleid;
- het uitvoeren van de in de RI&E aangegeven maatregelen;
Naast deze drie wettelijke taken kan het takenpakket in overleg met de werkgever worden uitgebreid met:
- het bijhouden en registreren van bedrijfsongevallen;
- het vervullen van de rol van vertrouwenspersoon;
- het organiseren van de samenwerking met de bedrijfshulpverlening.
Toetsing RI&E
De RI&E mag voortaan alleen nog maar getoetst worden door gecertificeerde arbo-deskundigen zoals de arbeids- en organisatiedeskundige (A&O’er), de arbeidshygiënist (AH), de hoger veiligheidskundige (HVK’er) en de BIG-geregistreerde bedrijfsarts (BA). De toetsing bestaat uit een systeemtoets en een scopetoets. Bij een systeemtoets beoordelen de deskundigen de RI&E op vier algemene eisen: volledigheid, betrouwbaarheid, actualiteit en actuele inzichten. Blijkt uit de systeemtoets dat een onderdeel onvoldoende beschreven is, dan is een extra scopetoets verplicht.
Actualiseren RI&E
Er bestaat geen wettelijke verplichte termijn voor de geldigheidsduur van de RI&E. De Arbowet vermeldt dat de RI&E actueel moet blijven. Dat betekent dat de bestuurder de RI&E moet aanpassen bij grote veranderingen, denk aan nieuwe of andere werkmethoden, aanschaf van nieuwe machines of productielijnen of invoering van nieuwe taken. Daar hoort natuurlijk ook het wijzigen van het Plan van Aanpak bij. Als er geen ingrijpende zaken gebeuren is het verstandig de RI&E eens in de drie jaar door te lopen en waar nodig aan te passen.
Rol ondernemingsraad en PVT
Voor de medezeggenschap is veilig en gezond werken vaak topprioriteit. De ondernemingsraad of personeelsvertegenwoordiging heeft wettelijk instemmingsrecht over het opstellen en uitvoeren van de RI&E en het Plan van Aanpak. Niet alleen over het uiteindelijke rapport, maar ook over de strategie en het beleid. Dat geldt ook als de werkgever alles overlaat aan een arbodienst. Het is daarom van belang dat de OR doorlopend contact heeft met de bestuurder over de RI&E en het PvA. Betrekt de bestuurder de OR niet of niet tijdig bij het proces, dan kan je als OR naar de rechter stappen.