Ojee, dronken in de sloot gereden met de bedrijfsauto…

Een rayonleider bij schoonmaakbedrijf GOM belandt tijdens haar vakantie met de bedrijfswagen in de sloot. De schade is aanzienlijk. Ze had een glaasje te veel op. Of nog wel iets meer, concludeerde de politie met een blaastest: 0,6 promille, drie keer de toegestane hoeveelheid. Haar rijbewijs wordt een half jaar ingenomen en ze moet een cursus volgen. Balen. Maar nog meer balen is dat ze ook op staande voet wordt ontslagen omdat ze het ongeval zelf niet tijdig heeft gemeld bij de werkgever. Is dat wel terecht?

Even vergeten

Tja, ze was ze even vergeten te vertellen dat ze een ongeluk had gehad, ook al stond dat duidelijk in de autoregeling. Bij letsel of ernstige schade direct melden, anders uiterlijk de volgende werkdag. Ze had het wel willen melden, zei ze tegen de rechter, maar haar leidinggevende was ook op vakantie. En ze schaamde zich natuurlijk ook. Zo verstreek er dus een week en toen meldde de leasemaatschappij de schade aan de werkgever, met een kopietje van het artikel over het ongeval uit de lokale media.

Op staande voet

De werkgever kan er niet om lachen en besluit onmiddellijk tot een schorsing, gevolgd door een ontslag op staande voet. Dat gaat de werknemer te ver. Ze stapt naar de rechter, accepteert het ontslag, maar eist een ontslagvergoeding van € 91.128,90, een transitievergoeding van € 15.633,15 en een vergoeding voor onregelmatige opzegging van € 13.659,33. Een kleine € 120.000 dus. De werkgever vraagt de rechter de werknemer te veroordelen tot het betalen van de autoschade en de nog openstaande kosten voor het behalen van haar rijbewijs.

Drie voorwaarden

Volgens de rechter is het duidelijk. De werkgever heeft een goede reden tot schorsing en ontslag op staande voet, want de werknemer heeft de regels van het autoreglement en de bruikleenovereenkomst duidelijk overtreden. Ze had de schade direct moeten melden. Omdat de werkgever heeft voldaan aan de drie voorwaarden voor een ontslag op staande voet is het ontslag geldig. Die voorwaarden zijn een dringende reden, onverwijld opzeggen en onverwijld mededelen van de reden (artikel 7:671 lid 1 onder c BW en artikel 7:677 BW).

Geen vergoedingen

De werknemer krijgt daarom geen billijke vergoeding. Zo’n ontslagvergoeding kan namelijk alleen worden toegekend als het ontslag niet geldig is (artikel 7:681 lid 1 onder a BW). Daar is in dit geval geen sprake van. De werkgever hoeft ook geen transitievergoeding te betalen, omdat het ontslag het gevolg is van ernstig verwijtbaar handelen of nalaten van de werknemer (artikel 7:673 lid 7 BW ). Tot slot hoeft de werkgever geen vergoeding voor onregelmatige opzegging te betalen, omdat het ontslag op staande voet geldig is en er dus geen opzegtermijn voor de werkgever is (artikel 7:672 lid 11 BW).

Wel betalingen

Met een simpel te laat melden van een ongeval met de bedrijfsauto valt zo de bodem weg onder de geëiste € 120.000. In plaats daarvan moet ze zelf € 12.500 aan de werkgever betalen: € 7.162 voor de schade aan de bedrijfsauto, € 4.089,31 aan kosten voor haar rijbewijs die de werkgever had voorgeschoten en die in drie jaar tijd in gelijke delen zou zijn kwijtgescholden. En € 1.357 aan de advocaatkosten van de werkgever. [ECLI:NL:RBROT:2025:319]