Checklists
Laatst gewijzigd op: 9 maart 2021
Bhv

Bedrijfshulpverlening (bhv)

Bedrijfshulpverlening (bhv) is van groot belang voor uw organisatie. In het geval van een noodsituatie kan de bedrijfshulpverlener als eerste hulp aanbieden en de veiligheid van de rest van het personeel in kaart brengen. Bijvoorbeeld bij een brand of een ongeval op de werkvloer. Bhv is verplicht voor iedere organisatie en de bestuurder is volgens de Arbowet eindverantwoordelijk voor de veiligheid en de gezondheid van de werknemers en bezoekers. Daarom is bhv een belangrijk onderwerp in het overleg met de bestuurder en betreft het een grote rol voor de OR. U heeft instemmingsrecht over de regeling en uitvoering van bhv.

Het belang van bhv

Bedrijfshulpverlening draagt bij aan de beheersing van veiligheidsrisico’s in de organisatie. De Inspectie SZW kan boetes uitdelen als de bhv niet is geregeld. De veiligheidsrisico’s horen in de risico-inventarisatie en -evaluaties (RI&E) te staan. In het Plan van Aanpak staat hoe u de risico’s kunt elimineren of beperken. Natuurlijk komen er ook incidenten op de werkvloer voor die u niet (altijd) kan voorkomen. Bijvoorbeeld brand of een werknemer die flauw valt. Voor deze risico’s stelt de organisatie het bedrijfshulpverleningsplan op. Om dit plan uit te voeren, moet er een bhv-organisatie in het leven worden geroepen.

De RI&E moet actueel zijn. Denk daarbij aan gewijzigde werkmethoden, werkomstandigheden, de stand van de wetenschap en van professionele dienstverlening. Kijk als OR daarom regelmatig of de RI&E nog voldoet. Lees meer over de RI&E en het PvA in deze checklist.

Het bhv-plan

In het bhv-plan staan de procedures bij ongevallen en calamiteiten om de directe schade te kunnen minimaliseren en adequate spoedeisende hulp te kunnen verlenen, totdat de externe hulpverleningsdiensten zoals politie, de brandweer en ambulance zijn gearriveerd. In het plan staan de noodplannen per incident, de tekeningen van het gebouw, de vluchtwegen, telefoonnummers van in- en externe contacten, de procedures en werkinstructies die aan de hand van de vooraf opgestelde risicoscenario’s zijn vastgelegd.

Het bhv-plan moet worden opgesteld zodat het gemakkelijk kan worden aangepast. Een goed bhv-plan moet iedereen kunnen begrijpen. Ook de externe hulpverleners. Het moet bovendien beknopt en actueel zijn. Om de actualiteit van het bhv-plan te waarborgen, moet een beheerder worden aangesteld.

Adequate communicatie tijdens een crisissituatie zal beter verlopen als van te voren een communicatieplan is opgesteld. Vraag hier als OR naar als u de bhv met de bestuurder bespreekt.

De organisatie van de bhv

Door de bhv goed te regelen voldoet de werkgever aan de zorgplicht voor medewerkers en bezoekers. Zorg daarom dat er iemand verantwoordelijk is voor de bhv. Ook zijn er deskundige werknemers nodig die bijstand kunnen verlenen. Het aantal bhv’ers dat een organisatie moet hebben is niet in de wet geregeld. De organisatie van de bhv hangt af van de risico’s in het bedrijf en vloeit dus voort uit de RI&E. Als OR kunt u natuurlijk wel aandringen om meer bhv’ers aan te stellen. Let daarbij op: als u meerdere vestigingen heeft, dan moet per vestiging een bhv-plan en een bhv-organisatie worden opgezet. Hetzelfde geldt in feite voor een gebouwencomplex op een bedrijventerrein!

Denk ook aan vakantie, verlof en ziekte van de bhv’ers. Er moet er altijd één bhv’er op de werkvloer aanwezig zijn. U kunt afspraken maken met organisaties in de buurt om bhv’ers uit te wisselen en elkaar zo bijstand te verlenen.

De taken van een bhv’er

De taken van de bhv’er moeten worden beschreven in het bhv-plan. Het moet duidelijk zijn wie verantwoordelijk is (Wie belt bijvoorbeeld 1-1-2?) en wie welke taken voor zijn of haar rekening neemt. Bhv’ers kunnen in iedere organisatie andere taken hebben, maar ze hebben meestal de volgende taken.

  • de eerste hulp bij ongevallen;
  • het beperken en bestrijden van een brand;
  • een eventuele ontruiming;
  • het geven van voorlichting;
  • de beperking van de gevolgen van ongevallen;
  • de melding van calamiteiten aan externe hulpverleners;
  • het bijstaan van externe hulpverleners.

Zorg ervoor dat de werknemers zijn voorgelicht over wat zij moeten doen bij calamiteiten en dat zij weten wie de bhv’ers zijn.

De opleiding van bhv’ers

De bhv’ers moeten meteen in actie komen als er een incident is. Er is in de wet niets geregeld over de responstijd. De Inspectie SZW hanteerde in het verleden drie minuten als norm. Veel organisaties houden twee minuten aan. Om dit te halen moeten bhv’ers leren wat ze moeten doen en ze moeten regelmatig oefenen. Het is verstandig om een keer per jaar een herhalingscursus te volgen. Als de OR het opleidingsbeleid met de bestuurder bespreekt, kunt u hier specifiek naar kijken. De werkgever kan de bhv’ers een vergoeding geven voor het bhv-werk. Hierdoor stimuleert de organisatie de medewerkers om bhv’er te worden.

Evalueer regelmatig de bhv. Dat kan als u de RI&E en het plan van aanpak bespreekt. Zo blijft u als OR de beperking van calamiteiten in uw organisatie in de gaten houden.

Instemmingsrecht van de OR of PVT

De bedrijfshulpverlening valt onder het arbobeleid en hierover heeft uw ondernemingsraad instemmingsrecht volgens de Wet op de Ondernemingsraden (artikel 27 lid 1 d WOR). Dit betekent dat de bestuurder verplicht is om aan de OR instemming te vragen over de organisatie van de bedrijfshulpverlening én het aanwijzen van de bhv’ers. Verder kunt u als OR zelf het initiatief nemen voor het organiseren van de bedrijfshulpverlening als de bestuurder dit zelf nalaat. Als de bestuurder zich niet houdt aan de wettelijke arbo-regels, mag u als OR de Inspectie SZW inschakelen.